Uitspraak
De Centrale Raad van Beroep heeft vandaag (28 januari 2021) uitspraak gedaan in de eerste hoger beroepszaak over de NOW! Een van onze gespecialiseerde advocaten heeft namens een cliënt hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank. In dit artikel bespreken wij de uitspraak in hoger beroep met u.
Waarom deze procedure?
De cliënt heeft in februari 2020 een restaurant geopend. Zij heeft haar net geopende restaurant 1,5 maand later alweer moeten sluiten wegens de Corona-pandemie. Gelukkig was daar het maatregelenpakket aan steun van de overheid, zo dacht zij. Op 6 april 2020 dient zij een aanvraag voor NOW-1 in. De minister van Sociale zaken en Werkgelegenheid wijst de aanvraag af (besluit 9 april 2020). Er is geen loonaangifte gedaan over de maand januari 2020 en over november 2019 zijn geen loongegevens in de loonadministratie bekend. Logisch, want toen bestond het restaurant nog niet!
Cliënte gaat in bezwaar. De minister wijzigt het besluit van 9 april 2020 niet naar aanleiding van het bezwaar besluit 27 mei 2020. Dus cliënte gaat in beroep! Ondertussen speelt ook de aanvraag van cliënte voor steun uit NOW-2. Zij heeft dit op 6 juli 2020 aangevraagd. Ook deze aanvraag wordt afgewezen door de minister, bij besluit van 9 juli 2020. Cliënte zou geen loonkosten hebben over de maand maart 2020. Naar aanleiding van bezwaar beslist de minister dat het besluit van 9 juli 2020 wordt herroepen. Dat is positief zult u denken.
Helaas, het voorschot wordt op nihil gesteld (besluit 16 juli 2020). Tegen dit besluit gaat cliënte ook in beroep.
Hoe ging het in beroep bij de rechtbank?
Tijdens het beroep wijzigt de minister het besluit van 27 mei 2020 (besluit 28 juli 2020). De minister wijzigt het eerste besluit van 9 april 2020 en beslist dat cliënte misschien wel recht heeft op loonkostensubsidie maar dat het voorschot NOW-1 ook op nihil wordt gesteld omdat de loongegevens over januari 2020 en maart 2020 ontbreken in de polisadministratie. De rechtbank neemt deze wijziging mee in de procedure.
De rechtbank-procedure pakt helaas niet voordelig uit voor cliënte. Volgens de rechtbank heeft de wetgever de negatieve gevolgen van het ongewijzigd laten van de wijze van voorschotberekening met de derde wijziging van NOW-1, op een juiste manier toegelicht. De NOW-1 heeft niet als doel een allesomvattende regeling te bieden om alle bedrijven te redden, zo overweegt de rechtbank. Ook is maatwerk niet aan de orde. Het besluit van 28 juli 2020 kan dus in stand blijven.
Met betrekking tot het besluit van 16 juli 2020 zegt de rechtbank het volgende. De rechtbank stelt dat de peildatum van 15 mei 2020 voldoende is onderbouwd door de wetgever. Omdat op de peildatum een nul-aangifte bekend was van cliënte, heeft de minister het voorschot terecht op 0 gesteld. Ook het besluit van 16 juli 2020 blijft overeind.
Wat vindt de Centrale Raad van Beroep er van?
Cliënte kon zich niet vinden in de uitspraak van de rechtbank. Zij stelt dat het voorschot niet moet worden vastgesteld op basis van loongegevens over het eerste tijdvak van 2020 en de maand november 2019. Het derde aangiftetijdvak (maart) dient bepalend te zijn voor de berekening van het voorschot. Dat is wel het geval bij de berekening van de subsidievaststelling. Er zou eventueel kunnen worden gekozen voor aangiftetijdvak 2 van 2020. In ieder geval moet het NOW-artikel met daarin de tijdvakken voor de referentieloonsom voor de berekening van de hoogte van de subsidieverlening buiten toepassing worden verklaard.
Daarnaast stelt cliënt dat de voor NOW-2 vastgestelde peildatum in strijd is met het evenredigheidsbeginsel en buiten toepassing moet worden gelaten. Het evenredigheidsbeginsel betekent dat de eventuele nadelige gevolgen van een regeling voor een of meer belanghebbenden niet onevenredig mogen zijn in verhouding met de door het besluit te dienen doelen.
De minister wil van de Centrale Raad van Beroep dat de uitspraak van de rechtbank blijft staan.
NOW-1
Na een weergave van alle relevante artikelen NOW-1 komt de Centrale Raad van Beroep tot haar overwegingen:
De NOW is een noodmaatregel. Door het noodgedwongen algemene karakter kan er niet steeds maatwerk worden geboden. Een wijziging van de NOW-1 betrof de loonsombepaling voor seizoensbedrijven en andere bedrijven waarbij de loonsom over de maanden maart tot en met mei hoger is dan in de maand januari 2021. De wijziging is beperkt tot de subsidievaststelling en de redenen zijn voldoende toegelicht door de wetgever. De rechtbank heeft volgens de Centrale Raad van Beroep terecht relevant geacht dat de NOW niet als doel heeft een allesomvattende regeling te bieden om alle bedrijven te redden. Het artikel 11 lid 2 NOW-1 is niet in strijd met het evenredigheidsbeginsel, ook al pakt de NOW-1 hier nadelig uit voor cliënte.
De Centrale Raad van beroep geeft ook aan dat als cliënte wordt gevolgd in haar standpunt dat moet worden uitgegaan van de loonsom in het derde loonbetalingstijdvak van 2020, dat niet betekent dat zij recht heeft op een voorschot. De loonsom bedroeg namelijk 0. Ook kan niet worden uitgegaan van de loonsom in het tweede loonbetalingstijdvak van 2020.
NOW-2
Na wederom een weergave van de relevante NOW-2 artikelen, komt de Centrale Raad van Beroep met haar oordeel. Het voorschot NOW-2 is terecht op nihil gesteld omdat de loonaangifte waarvan wordt uitgegaan op 15 mei 2020 (peildatum) een nul-aangifte betrof. De Centrale Raad van Beroep sluit zich aan bij de rechtbank, die oordeelde dat de keuze voor de peildatum 15 mei 2020 voldoende is onderbouwd (uitgelegd). Ook die peildatum is niet in strijd met het evenredigheidsbeginsel. Omdat de minister voldoende heeft uitgelegd waarom in sommige gevallen wél is overgegaan tot afwijken van de peildatum, en die situaties zich niet voordoen in het geval van cliënte, was er geen aanleiding af te wijken van de peildatum.
Procedure verloren
Cliënte heeft de procedure helaas verloren. Haar gespecialiseerde advocaat heeft echter gedurende beide procedures (rechtbank én hoger beroep) alles op alles gezet de zaak voor haar te winnen. Omdat het zo onrechtvaardig voelt dat zij geen recht heeft op noodsteun! Helaas zijn zowel de rechtbank als de Centrale Raad van Beroep van oordeel dat de wetgever de noodsteun niet voor iedereen beschikbaar kan en hoeft te maken.
Juridische hulp?
Er zijn dus situaties waarin wel kan worden afgeweken van de peildatum (bijvoorbeeld). Wilt u dat een gespecialiseerde advocaat met u meekijkt? En wilt u iemand die zijn uiterste best zal doen de zaak voor u te winnen? Neem dan contact op! Onze gespecialiseerde advocaten kijken graag met u mee om te zien of er in uw situatie kans is de zaak te winnen.
Wilt u de uitspraak graag zelf lezen? Dat kan via deze pagina!
Geef een reactie